Keuze in inhoud
Studenten kunnen voor één derde van het OPO zelf de inhoud kiezen, relevant voor het vak toegepaste farmacologie.
In de derde opleidingsfase wordt het OPO toegepaste farmacologie gedoceerd, dit bouwt voort op het OPO farmaceutische zorg en farmacognosie waar de meest voorkomende ziektebeelden (hoge bloeddruk, diabetes, hoofdpijn, ontstekingen,…) en hun behandeling worden besproken. Ingewikkelder ziektebeelden zoals Alzheimer, Parkinson, multiple sclerose, kanker,… komen aan bod in de derde opleidingsfase. Nu is het niet mogelijk om expert te worden in al deze ziektebeelden. Daarom wordt twee derde van het OPO vastgelegd, waarbij de docent de inhoud kiest en één derde van het OPO wordt ingevuld volgens eigen interesse van de student.
Studenten kunnen daarbij kiezen tussen 2 opties. Ze kiezen ofwel de optie ‘stage in de apotheek’ waarbij ze voorbereid worden op hun eventuele stage in de apotheek. Dit is een extra stage van 300u die aangeboden worden via de dienst Odisee Advanced Education met als doel het behalen van de erkenning tot farmaceutisch technisch assistent. De tweede optie is voor studenten die geen interesse hebben in een job in de apotheek. Zij specialiseren zich dan in recente geneesmiddelenontwikkeling in verband met op dit moment moeilijk behandelbare ziektes zoals Alzheimer, epilepsie,…
Studenten werken voor deze laatste optie in groepjes van 4. Ze gaan op zoek in de wetenschappelijke literatuur en hebben als einddoel om studiemateriaal op te stellen voor hun klasgenoten. Elk groepje kiest 1 ziektebeeld waar ze zich gedurende 12 contacturen in verdiepen. Hierbij gaan ze zelfstandig aan de slag maar wordt er wel een lokaal ter beschikking gesteld zodat ze in alle rust kunnen samenwerken (is de docent hierbij aanwezig?). Rond lesweek 9 is hun opdracht af waarna deze wordt bekeken en goedgekeurd door de docent en vervolgens beschikbaar gesteld voor de andere studenten. Elke student kiest 3 ziektebeelden die hem/haar interesseren en studeert het beschikbare studiemateriaal. Deze bestaat uit geschreven tekst, ingesproken powerpoints, Sway presentaties, Prezi presentaties,… afhankelijk van de voorkeur van elk groepje. Voor de meeste ziektebeelden werkten 2 verschillende groepjes hieraan en waren er dus 2 verschillende opties van vorm van studiemateriaal beschikbaar waar de student kon uit kiezen. Beide vormen gaven antwoord op dezelfde vooropgestelde vragen maar uiteraard was de invulling soms verschillend. Hierop werd geanticipeerd door de docent tijdens het examen.
Ook het examen is vervolgens gedifferentieerd. Er is eerst een algemeen deel die hetzelfde is voor alle studenten. Vervolgens kunnen studenten ofwel de vragen beantwoorden die horen bij het deel ‘stage in de apotheek’ ofwel kiezen ze voor het examendeel ‘recente geneesmiddelenontwikkeling’. Voor deze tweede optie moeten studenten de vragen beantwoorden van 3 ziektebeelden die hun het meest interesseerden en waarvan het studiemateriaal werd opgesteld door hunzelf en hun medestudenten.
Studiegebied gezondheidszorg- Bachelor Biomedische laboratoriumtechnologie – Toegepaste farmacologie
Ilse Becue